Aantekeningen: |
L. bezocht de H.B.S. te Amsterdam en trad in 1901 in dienst bij de Twentsche Bank. In 1905 werd hij door de Handelsvereeniging Amsterdam naar Indië uitgezonden. - Vijf jaar later werd hij suikermakelaar van de fa. Gijzelman & Steup te Soerabaja. In Nederland teruggekeerd, richtte L. de N.V. Amsterdam Batavia Handelsvereeniging op en in 1914 werd hij voor deze zaak directeur in Ned.-Indië. De aandeelen dezer N.V. werden inl920 overgenomen door de Rotterd. Bankvereen. en W. H. Muller & Co., van welke laatste zaak L. sedert 1921 dir.-gen. in Neclerl.-Indië was. - In 1924 is hij door de Ned. Ind. regeering benoemd tot directeur van de Javasche Bank te Batavia. - In 1929 keerde hij definitief in het moederland terug. In 1931 kreeg hij van den Volkenbond een verzoek om een tocht te maken naar Liberia ter bestudeering van het slavernij-probleem. - Sedert 1936 is L. clir. van de N.V. Mij. voor Hypothecair Crediet in Nederland te 's-Gravenhage. - Deze N. V. is in 1889 opgericht door een cornb. onder leiding van Mr. S. van Houten, den lateren minister van Binnenlaiidsche Zaken. De Mij. breidde zich geleidelijk uit, o.m. door de overneming van de Stichtsche Hypotheekbank te Utrecht, de Hollandsch Geldersche Hypotheekbank te Gorkum, de Ned. Hyp.- en Pandbrief-bank te Utrecht, en de Maastrichtsche Hypotheekbank te Maastricht. - In verband met de alg. crisis hoeft sedert 1931 een geleidelijke inkrimping plaats. - L. heeft zitting gehad in den Ind. Volksraad. - Hij is reg. comm., pres. comm. en comm. van tal van ondernemingen en is vice-voorz. van de doopsgez. gemeente te 's-Gravenhage. Op 31 Aug. 1928 is L. benoemd tot ridder in de orde v. d. Ned. Leeuw |