Jacob Belinfante
Geslacht: | Man | |
Vader: | Tsadiek Cohen Belinfante | |
Moeder: | Paloma Belinfante | |
Geboren: | 24 Apr 1780 | Den Haag |
Overleden: | 13 Aug 1845 | Den Haag |
Aantekeningen: | Jacob Belinfante werd op 24 april 1780 in Den Haag geboren als zoon van Tsadiek Cohen Belinfante en Paloma Belinfante. Op 12 september 1802 begon hij samen met zijn oudere broer Mozes Cohen Belinfante een boekhandel onder de naam 'Belinfante & Compagnie'. Met deze boekhandel legden zij de basis voor wat zou uitgroeien tot een waar familie-imperium van enkele boekhandels, een grote drukkerij, een uitgeverij en een persbureau. De beide broers reisden regelmatig naar Parijs waar zij Franse uitgaven voor hun uitgeverij verwierven. Het is ook de firma 'Belinfante & Compagnie' geweest die in de jaren 1806 en 1807 het eerste Nederlandstalige joodse tijdschrift heeft uitgegeven. In dit tijdschrift, "Bijdragen betrekkelijk de verbetering van den maatschappelijken staat der joden" geheten, werd verslag gedaan van het in 1807 te Parijs gehouden Grand Sanhedrin. Hier werd op instigatie van Napoleon de positie van de joden in het Napoleontische rijk besproken. Jacob en zijn broer Mozes Cohen Belinfante waren zeer geïnteresseerd in zaken die de emancipatie van hun geloofsgenoten betroffen. Met het door hun uitgegeven tijdschrift hoopten zij, zoals al uit de titel blijkt, daadwerkelijk bij te dragen aan de verbetering van de maatschappelijke staat van de joden. In dat streven paste ook Jacobs lidmaatschap van diverse genootschappen, zoals Concordia Crescimus en Chanoch lanangar gnal pie darkoo (= voedt de jongeling op naar zijn aard). De leden van het letterkundige genootschap Concordia Crescimus streefden ernaar om zich de hen omringende niet-joodse cultuur eigen te maken. De leden van Chanoch streefden naar verbetering van het onderwijs, met name in het Hebreeuws. Daartoe vervaardigden zij onder andere leermiddelen. Tevens was Chanoch betrokken bij het vervaardigen van een vertaling van de tora in het Nederlands. Als secretaris van Chanoch en als vennoot van 'Belinfante & Compagnie' vormde Jacob de spil van die onderneming. Samen met andere uitgevers als Van Embden & Zoon en Proops zou 'Belinfante & Compagnie' de publikatie van die toravertaling op zich nemen. Hoewel Jacob voortvarend te werk ging, kwam het uiteindelijk toch niet tot publikatie van de toravertaling. Hiervoor waren verschillende redenen. Allereerst kwam het Opperconsistorie in geldnood. Bovendien werd het decreet ingetrokken waarin de vertaling werd bevolen. En ten slotte weigerden de Hoogduitse en Portugese gemeenten hun steun aan het project te geven. In 1808 werd Jacob gevraagd voor de redactie van de "Staatscourant". Ook werd hij in dat jaar tweede directeur van de "Gazette Royale", waarvan Jonas Daniel Meijer de eerste directeur was. Jacob zou tot 1836 aan de "Staatscourant" verbonden blijven. Op 9 september 1809 trouwde Jacob in Amsterdam met zijn nicht Rachel Belinfante. Het echtpaar kreeg vier kinderen waaronder Josephus Justus die in de voetsporen van zijn vader zou treden en ook de boekhandel in zou gaan. De werkzaamheden voor de "Staatscourant" en de "Gazette Royale" brachten met zich mee dat Jacob tot de Belgische Opstand in 1830 afwisselend in Den Haag en Brussel woonde. Op 13 augustus 1845 overleed Jacob Belinfante in zijn geboortestad Den Haag |
Gezin 1
Huwelijkspartner: | Rachel Belinfante | geb. 20 Nov 1776 overl. 17 Dec 1848 |
Huwelijk: | 9 Sept 1809 | Amsterdam |
Kinderen: | ||
Isaac Belinfante | geb. 5 MRT 1814 overl. 18 Juli 1892 | |
Hanna Belinfante | geb. 4 Juli 1810 overl. 20 Dec 1895 |